Tijdens een vakantie valt Maarten al slaapwandelend van 9 verdiepingen naar beneden en landt op zijn voeten. De helse pijnen die hij al jarenlang ondergaat, stellen hem voor de keuze om zijn beide voeten te amputeren.
Door de steun van zijn vriendin en omgeving en het vinden van een zinvolle job, kijkt Maarten positief naar het leven, ondanks de vele uitdagingen die zijn beperking met zich meebrengt.
Bekijk de hele story
Bekijk de story in verschillende parts
Part 1: De val van 30m hoogte
“Ineens word ik, na 5 dagen coma, wakker in een ziekenhuis in Gran Canaria. Mijn ouders en vriendin staan naast mijn bed. Ik liep enorm zware letsels op en was lang in kritieke toestand.”
4 jaar geleden heb ik een serieus crush-trauma meegemaakt. Ik was op vakantie met vrienden in Gran Canaria. Ik ben ‘s nachts op het balkon in slaap gevallen en ben beginnen slaapwandelen. Ik ben van mijn balkon, 9 verdiepingen hoog, naar beneden gevallen.
Dat is het bovenste verdiep van dat hotel.
Ik heb heel veel geluk gehad dat ik op een plastic luifel ben terechtgekomen. Dat heeft mijn val gebroken. Daardoor liep ik enorm zware letsels op en was lang in kritieke toestand. Uiteindelijk heb ik “maar” 5 dagen in coma gelegen.
“Na 4 maanden in het UZ Leuven, ben ik naar huis gegaan om daar ook nog 4 maanden in een ziekenhuisbed te blijven.”
Ineens word ik wakker in een ziekenhuis in Gran Canaria. Mijn ouders en vriending staan naast mijn bed. Die waren daar in eerste instantie niet.
“Hoe ernstig is het?” Ik dacht: “ik heb hier gewoon iets heel dom voorgehad”. Ik heb gewoon mijn twee benen gebroken”.
Zo simpel dacht ik dat het was. Ik denk dat ik zelf in het begin, het niet geloofde omdat ik dacht: “dat kan niet? Ben ik hier aan het dromen? Wat is dat hier allemaal?”. Maar na een tijd begon het wel door te dringen.
Na twee weken daar ben ik dan overgeplaatst naar het UZ Leuven en daar hebben ze de verdere behandeling ingezet. Daar heb ik 4 maanden gelegen. En dan ben ik naar huis gegaan om daar ook nog 4 maanden in een ziekenhuisbed te blijven.
Matthieu: “Wat waren de gevolgen dan van dat accident? Wat was de schade dan?”
“Wat ik toen allemaal gebroken heb in mijn lichaam? Ik kan beter opnoemen wat ik niet heb gebroken. Er was veel werk aan mij om alles terug in orde te krijgen. Daar heb ik wel hard van afgezien.”
De grootste schade waren eigenlijk mijn voeten. Dat is natuurlijk het eerste waarmee je op de grond terecht komt. En dat is vandaag de dag nog altijd hetgeen waar ik het meest last van heb, wat mij het meest beperkt in mijn dagelijkse doen.
Wat heb ik toen allemaal gebroken heb? Ik kan beter opnoemen wat ik niet heb gebroken.
Mijn bovenbeen, mijn twee onderbenen, mijn enkels, eigenlijk elk botje dat in je enkel zit, heb ik gebroken. Ik heb mijn pink gebroken, maar dat is het minste. Ik heb een klaplong gehad, ik heb ribben gebroken, ruggenwervels gebroken. Ik had een hele grote perianale wonde waardoor ik ook een tijd een colostoma heb moeten dragen. Er was veel werk aan mij om alles terug in orde te krijgen. Daar heb ik wel hard van afgezien.
Matthieu: “Om nog even te herhalen. Hoe oud was je juist toen dat accident gebeurd is?”
Toen was ik 22.
Matthieu: “Nu ben je 26. Dus dat is 4 jaar geleden. Ik kan mij wel inbeelden, als je zo een zwaar accident tegenkomt als 22-jarige, en daarvoor eigenlijk een heel normaal leven gehad hebt, dat dat niet evident moet geweest zijn om daar mee om te gaan en dat een plaats te geven?”
“Het is al van bij het eerste moment dat ik rechtsta dat ik die mechanische pijn in mijn voeten voel van die botten die tegen elkaar zitten.”
Neen, inderdaad. Daarvoor was ik was eigenlijk iemand die altijd heel bang en heel voorzichtig was om dingen te breken. De gevolgen hebben toch een redelijk grote impact gehad. Als ik naar de winkel moet, 200 meter van mij thuis, is dat al een hele inspanning. Lang rechtstaan, is ook heel moeilijk. Als ik dat al een half uur kan rekken, is dat voor mij vaak al een uitdaging. Het is al van bij het eerste moment dat ik rechtsta, dat ik die mechanische pijn in mijn voeten voel van die botten die tegen elkaar zitten.
“Voor mij was het wel belangrijk om na dat accident zo rap mogelijk terug de draad op te pikken, mijn studies af te werken en zo snel mogelijk mijn leven verder te zetten.”
Daarvoor dacht ik wel dat de wereld aan mijn voete lag. Dat is toch een serieuze klap in mijn gezicht geweest. Ik was daarvoor ook sowieso niet de beste student maar voor mij was het wel belangrijk om na dat accident zo rap mogelijk terug de draad op te pikken, mijn studies af te werken en zo snel mogelijk mijn leven verder te zetten zoals veel mensen wel doen na zo een ingrijpende gebeurtenis.
Matthieu: “Ik denk dat het misschien wel wat snel gegaan is. Of hoe kijk je daar nu zelf op terug? Want op het einde van de rit maak je zo een zwaar accident mee. Je zei daarnet zelf zei: ‘de wereld lag aan mijn voeten.’ En nu kan je geen 200 meter meer stappen zonder pijn te hebben. Ik kan me wel inbeelden dat je af en toe wel een keer een mentale dip gehad hebt ook.”
“En vandaag de dag is dat nog altijd wel een zware mentale last dat ik meedraag. Er zijn dagen dat het fysiek iets beter gaat. En dagen dat het slechter gaat
en je moet toch altijd maar door die pijn bijten en blijven gaan.”
In het begin drong het gewoon totaal niet door. Ik weet wel, begin september 2018, ik was toen 2 weken in het UZ Leuven, kreeg ik ineens een gigantische klop. Het begon voor mij toen eigenlijk een beetje te lang te duren, in het ziekenhuis liggen. Terwijl ik toen nog 2 maanden daar moest liggen. En met heel die stoma-situatie, dat is ook nooit leuk om te horen.
Ik had dan ook een blaassonde. Ik was eigenlijk volledig afhankelijk van het zorgkundig personeel. En vandaag de dag is dat nog altijd wel een zware mentale last dat ik meedraag.
Er zijn dagen dat het fysiek iets beter gaat en dagen dat het slechter gaat en je moet toch altijd maar door die pijn bijten en blijven gaan. Want het leven stopt niet.
En dat wil ik ook niet, ik wil gewoon blijven gaan. Ik wil zo min mogelijk zelf merken en laten merken dat er iets is gebeurd is, eigenlijk.
Part 2: Hoe moet dit nu verder?
In het begin dacht ik echt: “had ik het maar niet overleefd.”
Matthieu: “Hoe voelt dat voor jou? Je hebt mij eerder verteld dat je heel vaak de reactie krijgt: “amaai, je hebt geluk gehad dat je hier nog zit.” Maar op het einde van de rit, ben je nu fysiek beperkt. Wat doet dat met jou?”
In het begin dacht ik echt: “had ik het maar niet overleefd.” Het is allemaal in mijn slaap gebeurd. Ik heb er eigenlijk zelf niets van meegemaakt. Dan had ik er nu ook niet zoveel last van gehad. Nu denk ik daar wel anders over, ben ik veel positiever geworden. Maar in eerste instantie was dat toch wel een gedachte die ik toch soms in mijn hoofd had. In uw slaap sterven, er zijn veel mensen die daarvoor zouden tekenen. Nu niet op zo een jonge leeftijd uiteraard. Het zou ook zwaar zijn, vooral voor de mensen die ik achterlaat.
Matthieu: “Hoe is jouw omgeving en jouw vriendin daar dan mee omgegaan?”
“Mijn vriendin is één van de grootste drijfveren in mijn leven momenteel. Zij is voor mij echt de motivatie om altijd het beste van mijzelf te blijven geven.”
Wij waren al een hele tijd samen voor het accident. Mijn vriendin is één van de grootste drijfveren in mijn leven momenteel. Ze heeft een heel druk leven, ze speelt topsport. Dat heeft haar leven ook wel serieus op z’n kop gezet toen. Want toen zat ze juist op een WK. Ze is ook helemaal naar Gran Canaria gekomen en heeft dat dus even onderbroken. Ze kwam dan wekelijks langs.
Voor mij waren dat echt de dingen waar ik naar uitkeek, haar zien. En vandaag is dat nog altijd iets waarvoor ik altijd blijf doorzetten, waarvoor ik hard blijf werken, waarvoor ik echt wel doelen blijf maken. Iedereen zou moeten doelen blijven hebben en maken in zijn leven. Maar zij is toch wel de grootste motivatie daarvoor. Zij heeft mij toch altijd gesteund en ik kijk enorm op naar haar.
Wat zij allemaal heeft doorstaan met mij en wat ze nog af en toe met mij doorstaat.
Want de ene dag is de andere niet. Ik ben nog altijd een beetje een wirwar van emoties af en toe en zij moet daar toch maar mee omgaan. Zij is voor mij echt de motivatie om altijd het beste van mijzelf te blijven geven.
Part 3: Ben ik nu een gelukzak of niet?
“Het is niet aan mij te zien welk zwaar trauma dat ik heb meegemaakt. Maar er is nog altijd wel die pijn, die altijd aanwezig is.”
Matthieu: “ik vond het wel sterk dat je zegt: “ik probeer er zelf zo positief mogelijk mee om te gaan, ik probeer zelf soms te doen alsof het er niet is.” Hoe voel je je daar zelf bij?”
Het is niet aan mij te zien welk zwaar trauma dat ik heb meegemaakt. Maar er is nog altijd wel die pijn, die altijd aanwezig is. Als ik geen schoenen aanheb, als ze mijn voeten zien, dan weten mensen wel rap genoeg dat er wel echt iets serieus is gebeurd.
“Ik noem mijn eigen wel een gelukzak maar ik heb niet graag dat andere mensen dat zeggen want dan maken ze het misschien simpeler dan dat het is.”
Het is vaak door dat feit dat mensen het niet weten dat ik het vaak zelf begin weg te steken en ook gewoon omdat het zo een zot verhaal is. Omdat ik ook altijd wel die opmerking krijg van: “amaai, jij hebt toch wel echt geluk gehad”. En dat is ook zo. En dat weet ik ook.
Ik weet van mijzelf dat ik een enorme gelukzak ben geweest. En ik ben nog altijd heel blij dat het uiteindelijk dit maar is. Ik noem mijn eigen wel een gelukzak maar ik heb niet graag dat andere mensen het zeggen want dan maken ze het misschien simpeler dan dat het is.
“Als je dat altijd opnieuw moet vertellen, is dat een beetje alsof je dat altijd opnieuw moet herbeleven.”
Je vraagt ook niet aan iemand die een ernstige ziekte heeft gehad: “hoe is het daar nu mee?”. Dat doen mensen dan ook weer niet. Maar bij dit dan weer wel.
“Door dat jarenlang zelf te minimaliseren, is dat nu nog altijd een blok op het acceptatieproces.”
Matthieu: “Hoe denk je dat dat komt?”
Omdat ze het gewoon ook zelf meer minimaliseren. En dat is dan ook vaak het slechte aan mezelf. Dat ik dat dan ook minimaliseer. Door dat jarenlang te doen, is dat nu nog altijd een soort van blok op dat acceptatieproces. Dit is wel voor de rest van mijn leven en dat moet je toch op een bepaalde manier kunnen plaatsen. En verder gaan, sowieso. Want verder gaan, ben ik hoedanook aan het doen.
Matthieu: “zijn er plaatsen of mensen, ik denk maar aan een psycholoog of een coach
of iemand die je begeleidt waar je wel volledig jezelf kan zijn en je 100% kwetsbaar kan opstellen en er alles kan uitsmijten.” Ja, in het begin zijn we wel begeleid door een psycholoog, vooral in het revalidatiecentrum. Dat zit mee in het programma verwerkt. Daar kon ik mijn emoties de vrije loop laten gaan. En nu, de enige personen waar ik echt mijn emoties de vrije loop kan laten gaan, zijn eigenlijk mijn ouders. En dat vind ik eigenlijk zelf minder goed. Omdat die mensen daar ook echt hebben van afgezien. Mijn ouders zijn heel gevoelige mensen. Dan vind ik dat ook wel vervelend om hun daar mee lastig te vallen. Het zou wel eens welkom zijn om te praten met een psycholoog. Ik heb daar nog vaak over gedacht. Vooral met de keuze waarmee ik zit voor in de toekomst, om dat dat toch eens samen te bekijken. Want dat is toch wel heel belangrijk.
“Het is gewoon vooral voor mijn eigen mentale gezondheid, dat ik het graag zou willen afsluiten.”
Matthieu: “wat houdt er je juist tegen?”
Ik wil het afsluiten maar, en dat is heel raar, ik zit er zo veel mee in mijn hoofd.
En toch denk ik: “maar, ik heb het afgesloten”. Het is heel raar. Ik laat het precies aan iedereen zien dat ik er mee kan leven. Ik probeer mij sterk te houden en er weinig over te praten. It is what it is.
Maar toch is er precies een andere kant in mijn hoofd dat toch altijd dagelijks nog denkt van
“waar gaat dit eindigen? Zijn er niet nog meer mogelijkheden?”. Want ik ben 26 jaar. Wat gaat dat binnen 10 jaar zijn? Ik begin nu al last te krijgen van mijn heup, van mijn knieën, van mijn rug. Ga ik binnen 10 jaar nog erger af zijn? Dan ben ik nog maar 36. Het is gewoon vooral voor mijn eigen mentale gezondheid dat ik het graag zou willen afsluiten. Maar ik weet zelf niet of dat ooit mogelijk is, om dat echt volledig af te sluiten.
Ik kijk heel veel op naar andere mensen.Ook andere mensen die hier bij Littekens zijn komen spreken, mensen die ik heb leren kennen in het revalidatiecentrum, die ook superpositief zijn. En dat ik denk: “ik wou dat ik dat ook kon”. Maar dan weer in return, zeggen mensen dat ook vaak over mij. Dus ik vraag mij dan af: “is het niet precies bij iedereen, dat ze toch nooit volledig hebben kunnen afsluiten?”
“En dan na 3 jaar hebben ze gezegd “nu zijn we eigenlijk out of options”. Als 26-jarige is dat een harde pil om te slikken.”
Ik ben 3 jaar lang continu naar dokters blijven gaan. Ze hebben mij continu ook op consultatie laten komen om te kijken hoe het zit. Er zijn beelden genomen.
Is er een herstel? Is er iets veranderd? Is er iets mogelijk van operaties? En daardoor dacht ik 3 jaar lang: “ik moet gewoon geduld hebben.” En er komt wel beterschap. En dan na 3 jaar hebben ze gezegd van: “ we hebben echt alles geprobeerd dat zo min mogelijk invasief is maar nu zijn we eigenlijk out of options. Vanaf dat moment denk je wel als 25 – 26 jarige: “dit is wel een harde pil om te slikken”.
Part 4: Een moeilijke beslissing: voet(en) amputeren of niet?
“Een amputatie van beide voeten, dat is een heel heel zware beslissing.”
Matthieu: “Hoe ziet de komende tijd er nu voor je uit?”
Een jaar geleden was ik voor de laatste keer bij de specialisten. Ze stelden een amputatie voor. Dat had ik een jaar na mijn accident ook al zelf voorgesteld. Na een jaar wouden ze dat zeker niet doen, dat is te vroeg. Maar na 3 jaar valt dat toch wel al te bespreken, zijn die mogelijkheden er.
Ik heb daarvoor zelf al heel veel informatie ingewonnen bij revalidanten die ik kende van het revalidatiecentrum, mensen online gesproken, eens praten over hun leven met een amputatie.
Matthieu: “maar bij u gaat het wel over een dubbele amputatie.”
Ja dat is juist wat het nog moeilijker maakt. Dat het echt mijn beide voeten zijn die even problematisch zijn. Dat is een heel heel zware beslissing. Had het nu 1 voet geweest, had ik het, denk ik, al lang laten doen. Ik ken de pro’s en cons van amputatie maar de mensen met wie ik sprak, hadden toch wel een heel actief leven en waren ook ouder dan mij. Ik denk hoe jonger dat je bent, hoe meer dat dat in uw voordeel is.
“Ik zou gewoon blij zijn dat ik terug kan wandelen en mijn dagdagelijkse dingen doen
zonder die pijn.”
De anderen hadden ook achterliggende gezondheidsproblemen, diabetes bijvoorbeeld.
Dat heb ik allemaal niet. Dus ik zag dat mijn percentage voor succes eigenlijk meer omhoog gaan. En die mensen zeiden zelf tegen mij: “ik zou niet graag in uw plaats willen zijn.” Omdat zij de keuze misschien niet hadden. En ook die gaan nog joggen, die gaan nog lopen,… Dat zijn dingen die ik zelf niet meer zou willen. Dat hoeft voor mij niet. Ik zou gewoon blij zijn dat ik terug kan wandelen en mijn dagdagelijkse dingen doen zonder die pijn. Dat is nu dus eigenlijk aan de gang. Dat zijn we aan het bespreken.
Matthieu: “ik kan mij inbeelden dat er zijn mensen die voor minder zware beslissingen ’s nachts wakker liggen en piekeren. Met alle respect daarvoor, natuurlijk.
Maar wat doet dat met u?” Ik probeer dat nog altijd te ontwijken natuurlijk. Ik probeer nog altijd te denken: “kan er niet iets anders zijn? Eventueel toch een operatie, maar met de risico’s.”
Dan denk ik ook: “het kan eigenlijk veel slechter uitdraaien dan dat het nu is.” Nu heb ik bijvoorbeeld, geen last als ik zit. Dat is in mijn ogen een heel groot voordeel.
Je hebt veel mensen die kiezen voor een amputatie die echt ook gewoon continu pijn hebben. Dan begrijp ik die keuze ook steeds meer. Maar dat maakt het voor mij dan weer moeilijker.
Matthieu: “heb je daar voor jezelf een deadline op gezet? Of wat heb je nog nodig om die beslissing te nemen?
“Dus het is gewoon een enorm grote gok. En dat is hetgeen het voor mij zo moeilijk maakt
om erover te beslissen. Vooral omdat het de beide voeten zijn, dat maakt het des te zwaarder.”
Het is inderdaad: ja of neen. Het is nu een jaar geleden dat we erover beginnen praten zijn
en een jaar geleden zei ik echt: “ok, kom, we gaan het zo rap mogelijk doen.” Ik was nog maar net beginnen werken eigenlijk. Maar de reden dat mij tegenhoudt is gewoon omdat het uw leven terug on hold gaat zetten. En omdat ik een beetje getraumatiseerd ben door de vorige keer. Ik heb niet veel zin meer om terug in een ziekenhuis te belanden, terug die revalidatieperiode. Dat is met de gedachte van: “daarna kan het wel misschien beter zijn?”
Het kan je een betere levenskwaliteit geven. Maar dat weet je dan ook weer niet 100%.
Dus het is gewoon een enorm grote gok. En dat is hetgeen het voor mij zo moeilijk maakt
om erover te beslissen. Vooral omdat het gewoon, ze alletwee zijn. Dat maakt het des te zwaarder.
Part 5: de impact op de relatie met m’n vriendin
“Mijn vriendin vindt het enorm jammer dat ze mijn hand niet meer kan vasthouden, terwijl we wandelen. Dat zou eigenlijk wel nog gaan, maar daar heb ik zelf niet meer aan gedacht sinds dat accident.”
Matthieu: “je spreekt over ‘on hold’ zetten van bepaalde dingen en uiteraard ook over dat dat een impact gehad heeft, heeft en zal hebben op uw verder leven. Wat voor een impact heeft dat eigenlijk gehad op de relatie met uw vriendin? Het feit dat het accident gebeurd is. Wat heeft dat veranderd in jullie relatie? En het feit dat je vandaag ook met die keuze bezig bent.”
Goh, dat is wel het bewonderenswaardige aan mijn vriendin. Ik word daar eigenlijk een beetje emotioneel van, als ik daar zo over nadenk.
Matthieu: “want er zijn genoeg verhalen van mensen die zoiets tegenkomen waarvan de partner zegt dat is hier te veel voor mij, ik ben weg.”
Dat heeft zij nooit gedaan.En uiteindelijk tussen ons 2 is er niet veel veranderd.
Het enige dat zij ooit eens tegen mij zei, dat me enorm raakte was het feit dat ze mijn hand niet meer kan vasthouden, terwijl we wandelen. Dat zou eigenlijk wel nog gaan, maar daar heb ik zelf niet meer aan gedacht sinds dat accident. Het is ofwel met krukken ofwel met die rolstoel. En ook dat wandelen, is voor mij altijd een inspanning. Ik zit vaak al met mijn hoofd al bij de bestemming en heb een focus op die pijn. Maar voor de rest heeft zij dat wel echt enorm goed op zich genomen. En ik probeer ook echt mijn best te doen om haar gewoon van alles te weerhouden. En gewoon, dat is de vrouw van mijn leven.En dat is heel melig om te zeggen maar wat zij allemaal voor mij heeft gedaan, dat is iets dat ik haar gewoon terug moet geven. Ik denk wel dat dat niet superveel veranderd heeft tussen ons, behalve, wat minder uitstapjes misschien. Misschien ben ik wat luier geworden, wil ik rapper een avond in de zetel naar TV kijken omdat dat voor mij gemakkelijker is, dan op de Meir te gaan wandelen of te gaan shoppen samen.
Matthieu: “ja, chapeau. En nog een keer bedankt om je zo kwetsbaar op te stellen. Het zijn niet de meest gemakkelijke vragen die ik stel natuurlijk.”
Part 6: De impact op m’n werk
“Ik moet mezelf altijd toch een beetje intomen op mijn werk om mijn eigen niet te veel te overdoen.”
Nu sinds een jaar en 2 maanden ben ik vast in dienst. Dat is wel een uitdaging. Ik moet mezelf altijd toch een beetje intomen op mijn werk om mijn eigen niet te veel te overdoen.
Ik blijf nog altijd een gast van 26 jaar. Ik wil hier niet “de oude zak” uithangen.
Dus ik probeer wel door te bijten, op mijn tanden te bijten en mijn eigen een beetje te ver te pushen. Soms zijn dat wel momenten dat het voor mij ook wel fysiek en mentaal zwaar maken. Het gaat dan vooral over buitenlandse trips. Ik heb nu een job waarvoor ik wel af en toe eens naar het buitenland kan gaan. En dat vond ik een heel toffe opportuniteit want dat doe ik heel graag.
Momenteel ben ik product engineer bij een bedrijf dat microcityscanners maakt.
Wij doen de aftersales, support en ook service. We schrijven handleidingen, doen interventies,geven trainingen aan techniekers, wereldwijd. Dat is een hele polyvalente job, eigenlijk. Er komt heel veel bij kijken.
Matthieu: “het sollicitatieproces en het vinden van werk hoe is dat verlopen? Want heel veel mensen hebben daar schrik voor om niet de juiste job te vinden en afgewezen te worden, omwille van. Hoe heb jij dat ervaren?”
“Ik heb gezegd dat ik niet superlang kan rechtstaan, dat ik met een kruk wandel en dat ik geen verre afstanden kan wandelen. Toch vond ik redelijk snel werk.”
Bij mij is dat eigenlijk nog wel vrij vlot gegaan. Ik zit nu ook wel in een sector waar ze echt superveel mensen zoeken. Ik heb gezegd dat ik niet superlang kan rechtstaan, dat ik met een kruk wandel en dat ik geen verre afstanden kan wandelen. Mijn toenmalige manager, die er spijtig genoeg niet meer is, vond dat allemaal geen probleem.
Dan is dat eigenlijk redelijk snel geklaard geweest. Ik was eigenlijk redelijk blij met dat bedrijf. Dat was een beetje een geschenk dat uit de lucht is gevallen. Want eigenlijk past dat wel redelijk goed bij mij alhoewel er toch nog wel een aantal dingen zijn waarvoor ik mijzelf wel moet voor pushen en toch wel wat voor moet afzien. Alles wat een beetje met lang rechtstaan te maken heeft. Ik had wel redelijk snel werk gevonden. Dus dat was wel een positief ding.
Part 7: Ik hoop dat ik terug zal kunnen genieten van de kleine dingen in het leven
“Het meest vanal hoop ik dat het echt maar 1 voet zou zijn en dat ze de andere op 1 of andere manier toch nog zouden kunnen redden.”
Matthieu: “Neem nu, binnen x-aantal tijd dat we hier terug in de zetel zitten wat hoop je, dat er gaat gebeurd zijn? Waar je staat in het leven met uw vriendin. Hoe zie jij de toekomst?”
Wat ik echt hoop, zijn de standaard dingen in het leven. Ik ben met mijn vriendin een huis aan het zoeken. Dus dat heeft voor mij momenteel even voorrang.
“Hetgeen ik nog het meest hoop, is dat ze toch misschien 1 voet nog kunnen fixen.”
Al is het niet in het UZ Leuven, al is het eender waar. Ik ben naar verschillende dokters nog geweest. Er was nog 1 dokter die het nog zag zitten om te opereren. Om dan gewoon nog ja, toch 1 deftige voet te hebben en misschien een amputatie aan maar 1 zijde te moeten laten doen gewoon omdat dat veel praktischer zou kunnen zijn. En dat ik het een beetje kan afsluiten. En dat ik een beslissing maak en dat het gewoon vanaf dan die beslissing blijft en dat er niet meer naar wordt teruggekeken en dat er gewoon rechtdoor wordt gegaan. Het meest vanal hoop ik dat het echt maar 1 voet zou zijn en dat ze de andere op 1 of andere manier toch nog zouden kunnen redden.
“Ook al zit je in een unieke situatie, alleen jij kan voelen wat je voelt. En je hoeft je daarvoor ook niet altijd te verantwoorden aan mensen.”
Matthieu: “wat zou je nog willen meegeven aan de mensen die kijken naar jouw story, naar jouw verhaal?”
Ook al zit je in een situatie, waarvan je denkt ik dat je de enige bent, en waar je schrik van hebt om erover te praten, hetgeen ik eigenlijk wel een beetje heb, voel je niet beschaamd daarover en praat er toch over want, je moet het niet opkroppen, dat is alleen maar slecht.
Ik heb schrik om erover te praten. omdat veel mensen mijn verhaal horen en denken:
“wow, die gast, die zit daar nog, die ziet er nog goed uit.” Gewoon, van, voel u niet beschaamd daarover
En ook al zit je in een unieke situatie, alleen jij kan voelen wat je voelt.
En je hoeft je daarvoor ook niet altijd te verantwoorden aan mensen. Dat gevoel mag je niet hebben want anders als je dat heel uw leven hebt, dan ga je daar heel veel van afzien.
Dus dat is voor mij toch wel iets dat ik graag zou willen meegeven.